Het is alweer even geleden dat ik wat van me heb laten horen. Door wat gezondheidsproblemen heb ik deze blog namelijk een stukje voor me uit moeten schuiven. Gelukkig gaat het nu weer een stuk beter en kan ik een mooie inhaalslag maken!
Wat is er in de afgelopen tijd gebeurd? En wat heb ik allemaal uitgespookt? Dat zijn vragen die inmiddels al meerdere keren aan mij gesteld zijn. En het antwoord is: Zowel veel als weinig.
Er zijn een aantal ontwikkelingen geweest rondom de coronamaatregelen met hier en daar een extra lockdown en online school voor de kinderen. Dit alles heeft er enerzijds toe geleid dat we niet kunnen doen wat we hadden gehoopt. Het vluchtelingencentrum is gesloten en we zitten nog steeds met de eerder gesorteerde kleding. En als ik voor mezelf spreek: Ik heb nog lang niet zoveel mensen ontmoet als ik had gewild. Nu moet ik hier ook aan toevoegen dat dit niet alleen maar door de maatregelen kwam, maar ook doordat ik zelf even niet helemaal fit was en dus het een en ander heb moeten afzeggen of verzetten.
Hoe dan ook, we kunnen dus nog steeds heel weinig in het centrum. In dat opzicht is er nu gelukkig wel weer een lichtje aan het einde van de tunnel te zien! Ook al kunnen we nog lang niet op de oude voet verder (zoals het team in het centrum werkte voordat ik hier arriveerde), we kunnen wel in kleinere βsubteamsβ om de beurt naar het centrum toe en elke keer één of twee vluchtelingengezinnen uitnodigen om kleding op te halen. Op die manier komen we niet met te grote groepen samen en kunnen we wel de kleding weggeven die ze zo hard nodig hebben. Dat is allemaal niet alleen fijn voor ons omdat we dan de kleding kwijt zijn en weer wat te doen hebben, maar vooral ook voor de vluchtelingen zelf. Een aantal teamleden heeft goed contact met veel van de vluchtelingengezinnen die voorheen heel vaak naar het centrum kwamen; ze krijgen steeds vaker de vraag wanneer het centrum weer open gaat, omdat ze het zo missen en nodig hebben. Hopelijk is deze beperkte kleding-uitdeelactie iets dat weer wat hoop kan geven.
Goed, dat was dus het weinige dat we hebben gedaan. Maar anderzijds heb ik ook wel weer veel gedaan. Want doordat we nu zo vaak in een lockdown zitten, hebben de kinderen van het gezin waar ik woon nog altijd online onderwijs. En dat is echt een behoorlijk pittige uitdaging voor zowel de kinderen als de ouders. Ik merk dat ze erg blij zijn als ik hen af en toe een handje help. Niet alleen voor school, maar ook in hun vrije tijd is dat soms fijn. Door de lockdowns komen de kinderen namelijk nauwelijks naar buiten, wat betekent dat ze heel weinig mensen zien, behalve hun ouders en nu ook mij. Ze vinden het dus erg prettig om nog iemand anders in huis te hebben naast alleen hun ouders. Dat zeggen ze tenminste π
En persoonlijk heb ik in zekere zin ook nog voordeel van alle lockdowns, omdat ik nu veel meer tijd heb voor taalstudie. Als de lockdown-periode straks voorbij is (wanneer dat ook moge zijn), kan ik de taal weliswaar nog lang niet vloeiend spreken, maar ik kan me dan hopelijk al wel met iets meer zekerheid redden in de omgeving.
Tot slot kan ik gelukkig ook nog zeggen dat we in de afgelopen tijd niet niets voor de vluchtelingen hebben gedaan. Het centrum mag dan gesloten zijn, we kunnen er wel op afstand en in sommige gevallen persoonlijk voor hen zijn. Zo zijn er een aantal meetings geweest via Zoom, al begreep ik daar helemaal niets van omdat alles in het Arabisch was. Maar ook al kon ik niet meepraten, ik kon wel zien dat de aanwezigen er veel aan hadden en blij waren weer wat mensen van het team te spreken, ook al was het via een schermpje. Daarnaast heb ik zelf ook nog een paar keer kunnen helpen bij een nieuw vluchtelingengezin dat wel een appartement had toegewezen gekregen in deze stad, maar in dat appartement nauwelijks iets had. Er zat een keukentje in en ze hadden twee matrassen, verder niets. Wij hebben hen praktisch kunnen helpen door dekens, lakens, kussens, gordijnen, pannen, bestek en borden te geven. Later hebben we nog wat meubilair kunnen geven, dat weer gedoneerd was door andere vluchtelingen die het niet meer nodig hadden. Het is mooi om te zien hoe de mensen er hier voor elkaar zijn en hoe dankbaar het gezin was voor alles dat we voor hen hebben kunnen doen.
Voor nu blijft het dus nog bij taalstudie, helpen in het gezin, en verder doen wat kan (zelfs al is het maar heel weinig). Laat ik maar eerlijk zeggen dat dit niet helemaal was wat ik in eerste instantie voor ogen had, en dat het soms ook behoorlijk frustrerend is. Maar ja, als je emigreert moet je soms ook wel een beetje flexibel zijn. Ik ben heel benieuwd naar wat de komende periode gaat brengen, en hoop en bid dat Hij ons allemaal hierin helpt.